Veel Dobermann eigenaren laten zogenaamde heupdysplasie (HD) foto’s maken die worden beoordeeld door dierenartsen van de Raad van Beheer. De foto’s worden bijvoorbeeld gemaakt wanneer je met een dier gaat fokken, of wanneer je intensief met ze werkt (rennen naast de fiets, pakwerken). Met deze foto’s wordt het risico op heupdysplasie gemeten aan de hand van een aantal criteria, zoals de passing van de heupkop in de heupkom en de aanwezigheid van artrose.
Om kwalitatief goede HD foto’s te maken moet de hond heel stil, kaarsrecht en met naar binnen gedraaide kniëen op zijn rug liggen. Voor veel honden is dat een hele moeilijke opgave en worden ze kort in slaap gebracht door middel van sedatie. Met de klassieke methode kun je pas betrouwbare foto’s maken wanneer de hond een jaar of ouder is. Steeds meer dierenartsen gaan over op een nieuwe HD methode, de zogenaamde PennHip methode. PennHip staat voor het Pennsylvania Hip Improvement Program. Dit programma is opgezet om bij te dragen aan minder kans op heupdysplasie in de fokkerij. De PennHip methode kan al worden toegepast zodra de hond 16 weken oud is. Omdat je hierdoor al vroeg weet of je hond risico heeft op heupdysplasie kun je maatregelen nemen en pijn en artrose voorkomen. De PennHip methode vindt, net als de klassieke methode, onder sedatie plaats zodat de spieren van de hond ontspannen zijn. Er worden drie röntgenopnames gemaakt:
Er is aangetoond dat hypermobiliteit een primaire risicofactor is die verband houdt met de ontwikkeling van artrose of heupdysplasie. Bij hypermobiliteit zijn de pezen en gewrichtsbanden te soepel. Als gevolg hiervan krijgt het gewricht niet voldoende steun en wordt te beweeglijk. Juist deze overmatige beweeglijkheid kan al op vroege leeftijd (vanaf 16 weken) worden geconstateerd. Wanneer dit bij jouw hond wordt vastgesteld kun je overleggen met je dierenarts wat je hieraan kunt doen. De röntgenfoto’s worden naar het PennHip instituut in de Verenigde Staten gestuurd voor beoordeling. Zij bepalen de distractie index waarmee wordt aangegeven in welke mate de heupkop naar buiten kon worden gedrukt. De waarde wordt vervolgens vergeleken met de waardes van andere honden van hetzelfde ras en kan worden gebruikt voor wetenschappelijk onderzoek. De PennHip methode mag alleen door getrainde dierenartsen worden uitgevoerd. Er zijn geen aanwijzingen dat de methode schadelijk is voor de heupen of tot pijn leidt bij de hond. De methode wordt, net als de klassieke methode, in sommige gevallen vergoed door je verzekering. Er zijn al een aantal dierenartspraktijken in Nederland die een PennHip gecertificeerd dierenarts in dienst hebben en deze methode aanbieden. Op dit moment gebruikt de Raad van Beheer de uitslagen van de PennHip distractietest nog niet bij de bepaling van heupdysplasie. De eerste foto tijdens het PennHip onderzoek waarbij de hond met gestrekte poten wordt gefotografeerd kan wel worden ingestuurd naar de Raad van Beheer. Samenvattend, uit onderzoek blijkt dat de PennHip methode betrouwbaarder is dan de klassieke methode, en bij jongere honden kan worden uitgevoerd. Dit laatste kan bijdragen aan een reductie van HD in de fokkerij. Een nadeel is dat de hond onder sedatie moet voor de test. |
Heeft u nieuws?De D.V.I.N. houdt u op de hoogte van het laatste nieuws over activiteiten en actualiteiten over de Dobermann. Archieven
Juni 2024
|